Chronic, subjective tinnitus with underlying craniomandibular disorders (CMD): osteopathic approach

Item

Title
Chronic, subjective tinnitus with underlying craniomandibular disorders (CMD): osteopathic approach
Title
Chronische, subjectieve tinnitus met onderliggende craniomandibulaire aandoeningen (CMD): osteopathische benadering.
Author(s)
Kelly Bens
Abstract
NAME: Bens Kelly TUTOR: Ceyssens Tom METHODOLOGICAL TUTOR: Quaghebeur Jörgen YEAR: 2019 TITLE: Chronic, subjective tinnitus with underlying craniomandibular disorders (CMD): osteopathic approach RESEARCH TITLE: Research as to the added value of osteopathic techniques in patients with chronic, subjective tinnitus and underlying CMD: a randomized controlled clinical study. BACKGROUND: Somatic afferent information from the temporomandibular joint (TMJ) can influence the tinnitus sound. Treatment of craniomandibular dysfunctions (CMD) could therefore alleviate the perceived tinnitus symptoms in patients with underlying CMD. OBJECTIVE: To assess the effect of osteopathic treatment (OST) and conventional treatment techniques (CON) for CMD on tinnitus related distress, quality of life, active maximal mouth opening, subjective score of tinnitus loudness and temporomandibular distress. METHODS: Patients (n=20; 12 men, 8 women; 50 ±13,17 years of age) with CMD, who suffer from moderate to severe subjective tinnitus for at least 3 months, were randomly assigned to an OST group (n=10) or a CON group (n=10). The interventions compromised 3 sessions with an interval of one week. CON therapy included relaxation of hypertone masticatory muscles, mobilisation of the TMJ towards the restricted side and information about the origin of complaints, therapy and home exercises. OST therapy included a set of 10 osteopathic techniques and the CON treatment. Both approaches for treatment were given depending on the individual need of each patient. Outcome variables were Tinnitus Questionnaire (TQ) scores, general SF-36 scores, active maximal mouth opening (AMMO), numeric rating scale of tinnitus loudness (NRS_TIN) and temporomandibular distress (NRS_TMJ). RESULTS: At baseline, there was no significant difference between treatment groups for BMI (independent t-test, p=0,258), age (independent t-test, p=0,059), gender (chi square test, p=0,361), TQ_1 (independent t-test, p=0,263), AMMO_1 (independent t-test, p=0,375), TQ_1 (independent t-test, p=0,263), NRS_TIN (Mann-Whitney U, p=0,105) and NRS_TIMJ (Mann-Whitney U, p=0,436). Both groups showed significant improvements in TQ scores (paired samples t-test, OST: p=0,005, CON: p=0,008), AMMO (paired samples t-test, OST: p=0,005, CON: p<0,001), NRS_TIN (Wilcoxon matched pair rank test, OST: p=0,005, CON: p<0,001) and NRS_TMJ (Wilcoxon matched pair rank test, OST: p=0,005, CON: p=0,010). The differences in TQ scores (independent t-test, p=0,008), NRS_TIN (Mann Whitney U, p<0,001), NRS_TMJ (Mann Whitney U, p=0,023) and AMMO (independent t-test, p=0,008) were significantly larger in the OST group compared to the CON group. Although the general SF36 scores only significantly improved in the OST group (independent t-test, p<0,001), there was no significant difference between groups for general quality of life (independent samples t-test, p=0,693). DISCUSSION: Results are in line with previous osteopathic literature, where improvement of tinnitus burden, TMJ burden and quality of life was also found after osteopathic treatment. This relief the tinnitus perception could be explained by the possible beneficial effect of osteopathic treatment normalising the somatosensory modulation from the TMJ on the auditory pathway. The improvements in TQ scores and NRS for tinnitus could indeed be related to a clearance of the ‘edge effect’ seen in tinnitus patients. The use of a sham intervention might give additional information. The OST group received more treatment techniques than the CON group. This can give bias because of a possible placebo effect.  A set of different techniques, questionnaires or measuring devices might change the outcome of this study.  There was no evaluation of the longterm effects as a result of both interventions. CONCLUSIONS: After osteopathic treatment, tinnitus patients with underlying CMD might show more improvement of their tinnitus and TMJ burden compared to conventional treatment techniques. General quality of life improved in both treatment groups. Further research in a larger population and analysis of long term effects are of interest.
Abstract
NAAM: Bens Kelly TUTOR: Ceyssens Tom METHODOLOGISCHE TUTOR: Quaghebeur Jörgen JAAR: 2019 TITEL: Chronische, subjectieve tinnitus met onderliggende craniomandibulaire aandoeningen (CMD): osteopathische benadering. ONDERZOEKSTITEL: Onderzoek naar de toegevoegde waarde van osteopathische technieken bij patiënten met chronische, subjectieve tinnitus en onderliggende CMD: een gerandomiseerde gecontroleerde klinische studie. ACHTERGROND: Somatische afferente informatie van het temporomandibulair gewricht (TMJ) kan het tinnitusgeluid beïnvloeden. De behandeling van craniomandibulaire disfuncties (CMD) zou daarom tinnitussymptomen bij patiënten met onderliggende CMD kunnen verlichten. DOEL: Het onderzoeken van het effect van osteopathische behandeling (OST) en conventionele behandelingstechnieken (CON) voor CMD op tinnitusgerelateerde klachten, kwaliteit van leven, actieve maximale mondopening, subjectieve score van tinnitus luidheid en temporomandibulaire klachten. METHODEN: Patiënten (n = 20; 12 mannen, 8 vrouwen; 50 ± 13,17 jaar oud) met CMD, die gedurende minimaal 3 maanden aan matige tot ernstige subjectieve tinnitus lijden, werden willekeurig toegewezen aan een OST-groep (n = 10) of een CON-groep (n = 10). Er werden 3 behandelingen gegeven met een interval van één week. CON-therapie omvatte ontspanning van hypertone kauwspieren, mobilisatie van de TMJ naar de beperkte kant en informatie over de oorzaak van klachten, de inhoud en verwachtingen van de therapie en thuisoefeningen. OST-therapie omvatte een set van 10 osteopathische technieken bovenop de CON-behandeling. Beide behandelingen werden gegeven naar gelang de individuele behoefte van elke patiënt. Uitkomstvariabelen waren Tinnitus Vragenlijst (TQ) scores, algemene SF-36 scores, actieve maximale mondopening (AMMO), numerieke beoordelingsschaal van tinnitus luidheid (NRS_TIN) en temporomandibulaire klachten (NRS_TMJ). RESULTATEN: Bij aanvang was er geen significant verschil tussen de behandelingsgroepen voor BMI (onafhankelijke t-test, p = 0,258), leeftijd (onafhankelijke t-test, p = 0,059), geslacht (chikwadraat test, p = 0,361), TQ_1 (onafhankelijk t-test, p = 0,263), AMMO_1 (onafhankelijke t-test, p = 0,375), TQ_1 (onafhankelijke t-test, p = 0,263), NRS_TIN (Mann-Whitney U, p = 0,105) en NRS_TIMJ (Mann-Whitney U, p = 0,436). Beide groepen vertoonden significante verbeteringen in TQ-scores (gepaarde t-test, OST: p = 0,005, CON: p = 0,008), AMMO (gepaarde t-test, OST: p = 0,005, CON: p <0,001), NRS_TIN (Wilcoxon matched pair rank test, OST: p = 0,005, CON: p <0,001) en NRS_TMJ (Wilcoxon matched pair rank test, OST: p = 0,005, CON: p = 0,010). De verschillen in TQ-scores (onafhankelijke t-test, p = 0,008), NRS_TIN (Mann Whitney U, p <0,001), NRS_TMJ (Mann Whitney U, p = 0,023) en AMMO (onafhankelijke t-test, p = 0,008) waren aanzienlijk groter in de OST-groep in vergelijking met de CON-groep. Hoewel de algemene SF36-scores alleen significant verbeterden in de OST-groep (onafhankelijke t-test, p <0,001), was er geen significant verschil tussen groepen voor de algemene kwaliteit van leven (onafhankelijke t-test, p = 0,693). DISCUSSIE: De resultaten zijn in lijn met eerdere osteopathische literatuur, waar ook verbetering van tinnitusklachten, TMJ-klachten en kwaliteit van leven werd gevonden na osteopathische behandelingen. De verbeteringen in TQ-scores en NRS voor tinnitus kunnen verband houden met een klaring van het ‘edge-effect’ bij tinnituspatiënten, waardoor de somatosensorische modulatie van de TMJ op het gehoor normaliseert. Het gebruik van een schijnbehandeling kan aanvullende informatie opleveren. De OST-groep ontving meer behandelingstechnieken dan de CON-groep. Dit kan vertekening geven vanwege een mogelijk placebo-effect. Het gebruik van andere technieken, vragenlijsten of meetinstrumenten kan de uitkomst van dit onderzoek veranderen. Er was geen evaluatie van de langetermijneffecten als gevolg van beide interventies. CONCLUSIES: Na osteopathische behandeling kunnen tinnituspatiënten met onderliggende CMD een aanvullende verbetering van hun tinnitus en kaakklachten vertonen in vergelijking met conventionele behandelingstechnieken. De algemene kwaliteit van leven verbeterde in beide behandelingsgroepen. Verder onderzoek op een grotere populatie en de analyse van langetermijneffecten zijn van belang.
presented at
FICO
Date Accepted
2019
Date Submitted
12.9.2019 08:29:45
Type
osteo_thesis
Language
English
Number of pages
139
Submitted by:
4634
Pub-Identifier
16478
Inst-Identifier
1169
Keywords
Osteopathic treatment, TMJ, CMD, tinnitus, somatosensory tinnitus, Tinnitus Questionnaire, SF-36, active maximal mouth opening
Recommended
0
Item sets
Thesis

Kelly Bens, “Chronic, subjective tinnitus with underlying craniomandibular disorders (CMD): osteopathic approach”, Osteopathic Research Web, accessed May 6, 2024, https://www.osteopathicresearch.com/s/orw/item/1986